De wereldberoemde Belgische schilder, Luc Tuymans (onder andere portretteur van Beatrix) is door de Antwerpse rechter veroordeeld voor auteursrechtinbreuk.
De schilder gebruikte een door een Belgische fotografe gemaakte treffende foto van een Belgische politicus die met gebogen hoofd een zware politieke nederlaag incasseert. De schilder noemt de foto een “inspiratiebron” voor zijn schilderij, maar als je de foto en het schilderij naast elkaar legt, zie je zeer grote gelijkenis, zelfs de zweetdruppels op het voorhoofd zijn zo goed als identiek. Hoe prachtig het resultaat ook is, het blijft een geval van noest ambachtelijk naschilderen.
Bij de rechter verweerde de schilder zich met de stelling dat zijn schilderij een uitzondering is op het auteursrecht, namelijk een parodie. De advocaat van de fotografe noemde “dit verweer van de schilder eerder een parodie dan het werk zelf”. En zo is het. Het argument van parodie is hier een volstrekt ongeloofwaardige juridische noodgreep om aan een veroordeling te ontkomen.
Dat valt vies tegen van zo’n befaamde schilder. Een groot kunstenaar onwaardig. Waarom niet zijn collega- kunstenaar met respect behandeld en op zijn minst de naam van de fotografe als bron vermeld?
Toch staat de kunstwereld goeddeels achter de schilder. Een collega schilder noemt het veroordelende vonnis “een gevolg van onwetendheid en een gebrek aan inzicht in de kunstenaarspraktijk. Het legt de vrije expressie van kunstenaars aan banden”.
Als de uitkomst van het vonnis juridisch juist is (wat het is), is er dan niet iets grondig mis met het auteursrecht zelf? Een achterhaalde hobby van technocratische pennenlikkers die niets van kunst begrijpen? Niet mogen putten uit andermans werk is de penseel in de pot.
Nu is het zo dat ideeën, stijlen en concepten vrijelijk mogen worden gebruikt in de kunst. Maar wellicht is dat niet genoeg en moet ook overname van concrete uitingen op het auteursrecht uitgezonderd worden als het gaat om het maken van kunst uit andere kunst. Zodat gebruik in een andere kunstvorm vrijelijk mag, zonder toestemming of vermelding.
Dat klinkt goed. Leve de artistieke vrijheid. Maar toch heeft dat onwenselijke gevolgen. Want zoals de fotografe dan niet voor toestemming gebeld of zelfs met naam vermeld had hoeven worden over gebruik van haar werk in andere kunstvorm, zo zouden ook De Ontdekking van de Hemel en Turks Fruit vrijelijk in de kunstvorm film gegoten hebben mogen worden zonder überhaupt een verwijzing naar Harry Mulisch en Jan Wolkers.